Vincents Lebensweg durch Brabant

Tilburg: In het voormalig stadspaleis van Willem II werd in 1866 de Hogere Burger School gehuisvest waar Vincent les kreeg.

Tilburg: In Tilburg vond Vincent een kosthuis bij de familie Hannik.

Helvoirt: Vincent heeft nooit in Helvoirt gewoond. Hij had het ouderlijk huis twee jaar eerder verlaten.

Breda: In Huize Mertersem woonde Vincents rijke peetoom, de kunsthandelaar Vincent van Gogh.

Etten-Leur: Na verschillende betrekkingen besloot Vincent kunstenaar te worden en keerde hij terug naar zijn ouderlijk huis in Etten.

Theodorus van Gogh (Benschop, 8 februari 1822 – Nuenen, 26 maart 1885) was predikant in de Nederlandse Hervormde Kerk in onder andere Zundert, Etten-Leur, Helvoirt en Nuenen. 

Etten-Leur: Vincent zocht zijn modellen dicht bij huis.

Etten-Leur: In de zomer van 1881 logeerde Vincents nicht Kee Vos op de pastorie. Vincent werd hartstochtelijk verliefd op haar.

Etten-Leur: In Etten ontdekte Vincent de knotwilgen.

Etten-Leur: Vincent kwam regelmatig bij boerderij D'n IJzeren Pot, waar Piet Kaufmann woonde met zijn moeder en jongere zusje.

Nuenen: Vincent schilderde dit kerkje als cadeau voor zijn moeder.

Nuenen: De familie Van Gogh woonde hier van 1882 tot 1885, Vincent van december 1883 tot eind 1885. 

Nuenen: Vincent kan de mangelkamer achter de pastorie als atelier inrichten.  

Eindhoven: Vincent maakte regelmatig uitstapjes naar Eindhoven, om verf te kopen, en hij ontmoette zijn schildervrienden daar. 

Eindhoven: Vincent gaf schilderles aan Antoon Hermans, zijn woonhuis werd gebouwd door Pierre Cuypers.

Gerwen: Vincent van Gogh tekende de St. Clemenskerk in Gerwen in december 1883.

Nuenen: Slechts één van de vele wevershuisjes die Nuenen in de tijd van Van Gogh rijk was, bestaat nog. 

Nuenen: Dit oude kerkhof lag bij de oude toren, die inmiddels afgebroken is. Het kerkhof is er nog wel, de vader van Vincent ligt hier begraven. 

Nuenen: Samen met de schilder Anthon van Rappard, die Vincent had leren kennen in Brussel in 1880, bezocht Vincent de watermolens langs De Dommel, waaronder de Collse watermolen. 

Nuenen: Vincent huurde vanaf mei 1884 een atelier bij de katholieke koster Johannes Schafrat.

Nuenen: Het gezin Begemann woonde direct naast de familie Van Gogh, in Nune Ville. 

Eindhoven: Willem van de Wakker had als amateurschilder les van Vincent.

Het Noordbrabants Museum, 's-Hertogenbosch: met riet en stro gedekte boerenhuizen in Nuenen en omgeving deden Van Gogh denken aan het Brabant van zijn jeugd.

Eindhoven: De verfhandel van Jan Baijens (1838-1914) was gelegen aan de Rechtestraat C265 (nu nr. 18).

Vincent stuurde zelf veel post en schilderijen weg, en ontving ook veel post, via de brievengaarder. 

Nuenen: Deze windmolen was er al in de tijd van VIncdent, en deze zie je terug in vele werken van Vincent, soms door het raam, buiten. 

Het Noordbrabants Museum, 's-Hertogenbosch: figuurstudies van werkende boeren op de akker symboliseerden voor Vincent de eenheid van de mens met de natuur.

Nuenen: op het kerkhof is nog steeds het graf te vinden van vader Theodorus van Gogh. Pa, in de woorden van Vincent. 

Nuenen: Naast de molen stond het huisje van de familie De Groot. Hij kwam veel bij hen, en schilderde hen, de portretten, handen, en interieur van hun huisje. 

Eindhoven: De steendrukkerij van Gestel was gevestigd achter het woonhuis aan de Lange Dijk 8 (tegenwoordig Vestdijk).

Lieshout: Tijdens zijn verblijf in Nuenen trok Vincent er regelmatig op uit.

Anna van Gogh-Carbentus, de moeder van Vincent van Gogh, stond aan de basis van de ontwikkeling van Vincents talent. Van haar kreeg Vincent zijn eerste tekenlessen. Thuis, in Zundert. Ze leerde haar kinderen zingen, knutsel en ze stimuleerde ze om veel te lezen. En om van de natuur te houden. Ze maakten vaak lange wandelingen.